Op 26 juli a.s. is het de laatste werkdag van Betty van Maris. Na een loopbaan van ruim 40 jaar als fysiotherapeut, waarvan de laatste 21 jaar in gezondheidscentrum (gc) Overbos, gaat zij met pensioen. Ze doet dit zoals ze zelf zegt “met een lach en een traan”: ze kijkt uit naar de vrije tijd en het niet meer van alles “moeten”, maar ze vindt het lastig om afscheid te nemen van de cliënten en de collega’s.
Betty is na de opleiding gestart als fysiotherapeut in een revalidatiecentrum in Amsterdam. Na 22 jaar wilde ze graag een overstap maken naar de eerstelijnszorg en iets dichter bij huis werken. Zo is ze in 2001 in gc Overbos beland. Ze vindt het een fijne, gemêleerde wijk om te werken, en ervaart het als heel plezierig om laagdrempelig samen te werken met de huisartsen en praktijkondersteuners: “Doordat je allemaal ‘onder één dak’ werkt, heb je gemakkelijk contact met elkaar voor overleg”.
Het leukste aan het vak vindt Betty het contact met de cliënten: “Het is bijzonder dat je als mens met je kennis en vaardigheden iemand anders kunt helpen”. Ze specialiseerde zich tot manueel therapeut en daarnaast begeleidde ze patiënten met claudicatio intermittens (de zogenaamde etalagebenen) middels looptraining en leefstijladviezen. Maar ze is zich in haar werk bij gc Overbos vooral gaan toeleggen op de zorg aan oudere patiënten, zoals het begeleiden van beweeggroepjes voor ouderen en het geven van groepslessen valpreventie (o.a. in het kader van het project Overbos Vitaal).
Op haar prikbord thuis hangt de uitspraak van Gandhi: “Als je doet wat je leuk vindt hoef je nooit te werken”. Betty vindt het dan ook lastig gc Overbos en haar mooie vak als fysiotherapeut los te laten. Maar er komt nu ook (meer) tijd voor sporten, reizen, haar kleinkind en vrijwilligerswerk. Wij wensen Betty veel geluk in de nieuwe levensfase!
